REISVERSLAG TOCHT NAAR SANTIAGO

 

PROLOOG

 

MAANDAG EN DINSDAG 21  EN 22  JULI 2008

 

Maandagavond gaan de fietsen op de auto. Iedereen is er klaar voor, we verlaten Willebroek om kwart voor negen ’s avonds. Onze chauffeurs rijden bijna onafgebroken. Om 11 uur ’s ochtends, de 22ste, staan we in Jaca voor hotel Oroel, 1260 kilometer verder. Onze fietsen hebben de tocht op de bagagedrager boven op de auto wonderwel doorstaan. Jaca is een mooi stadje, vlak over de Frans – Spaanse grens. Na een middagmaal is het wel even tijd voor een douche en een siësta. Later schrijven we ons in als pelgrims in de Parroquia de Santiago, onze eerste stempel in onze geloofsbrief of credencial staat er. ’s Avonds genieten we nog van de sfeer in de stad bij een glaasje cava. Niet te laat in bed om onze trip fris en monter te kunnen beginnen.

 

WOENSDAG 23 JULI 2008

1ste rit : JACA – YESA

 

Onze eerste fietsdag begint om half acht. Al na 1 km is het prijs: een klim van 7 km letterlijk en figuurlijk op onze nuchtere maag. Voor de eerste keer in ons leven rijden we op een echte col. Het valt behoorlijk tegen. Jean sleurt 125 kilo (mannetje + fiets + bagage) over de bergen, Staf doet het met 15 kilo minder.Het is behoorlijk fris en in de afdaling trekken we boven ons onderhemdje, onze fietstrui en ons windjack ook nog ons regenjasje aan. Na18 km is het tijd voor de 2de klim van 8 km. Intussen is het flink opgewarmd. Windjack en regenjasje gaan terug de zakken in. De vergezichten in de Pyreneeën verzachten het lijden. Na het “Monasterio Nuevo” volgt een scherpe afdaling naar het fantastisch gelegen Monasterio de San Juan de la Peña. In Puenta la Reina de Jaca, na 50 km, is het tijd voor onze eerste stop. Eindelijk ! Na een koffiekoek en een cola MET suiker hebben we nog 42 km te gaan op de N240. Niet echt leuk om op te fietsen (geen fietspad en nogal wat vrachtverkeer), maar het uitzicht blijft prachtig. Berdún ligt te blinken op een heuvel. Intussen is het bloedheet geworden en de N240 blijft op en neer gaan. De enige plaatsen waar drinken te versieren valt blijken benzinestations. Verder naar Yesa langs de boorden van een azuurblauw stuwmeer en langs verschillende ontvolkte dorpjes. De klim naar Tiermas maakt ons af  en zonder “jus” in de benen bereiken we Yesa. We hebben onmiddellijk een kamer te pakken in het kraaknette Hostal “Arangoiti. Een douche en een siësta doen wonderen en maken van ons nieuwe mensen. Helaas is het nog wachten tot 9 uur voor een stevige maaltijd. Een pelgrimsmenu heb je voor een 9 euro, voorgerecht, hoofdgerecht,nagerecht en een fles wijn inclusief. Tegen 11u30 het bed in. Toch wat schrik voor morgen, stramme benen, zeg maar stijve poten.